CeeBee

woensdag 31 augustus 2005

vakantie

Ik zeg het nog maar eens. Ik ga binnenkort op vakantie. Over vier dagen al. En best ver weg.

Op mijn werk roep ik tegen iedereen die het maar wil horen - en dat is niemand - dat ik zondag ga vliegen. Dat ik bijna vakantie heb en dat ik zo'n ont-zet-tende zin heb.

Maar in feite vind ik het heel onwerkelijk. Niets duidt erop dat ik op vakantie ga. Ik ben nog gewoon aan het werk, er ligt nog een berg was en ik moet nog veel dingen regelen. Volgens mij is mijn ingebouwde voorpret-graadmeter stuk. Want hij geeft geen verhoging.

Help!

geen zin

Ik kan soms geen zin hebben in hele normale, dagelijkse dingen. Dingen die amper moeite kosten, weinig tijd innemen en an sich ook helemaal niet erg zijn.

Zo heb ik vaak geen zin om te plassen. Om te tanken. Sokken te kopen. En te douchen.

Raar he.

bijgelovig

W. is zo af en toe dwangmatig. Hij moet en zal mij 's ochtends waarschuwen dat ik voorzichtig moet zijn. Anders gebeuren er Hele Erg Dingen. De dagen dat ie het toch vergeet te zeggen, ben ik dan juist heel voorzichtig. Want hij zou maar eens gelijk hebben.

Ik dacht dat ik niet dwangmatig was. Dat ik die afwijking aan mij voorbij had laten gaan. Maar toch heb ik twee neuroses ontdekt:

* ik spoel de drinkbak van Bo altijd twee keer om en vul 'm pas de derde keer;
* ik laat de telefoon altijd twee keer overgaan;

Om mezelf te pesten, dwing ik mezelf om hier niet aan toe te geven. En zo maak ik het mezelf behoorlijk moeilijk.

marco

Met het intro van het liedje "Binnen" van Marco schiet altijd dezelfde herinnering door mijn hoofd.

We zijn onderweg naar de begrafenis van een moeder van een jaarclubgenootje. We zien er tegenop. Een beetje stil zitten we in de auto. Op dat moment wordt de nieuwe nummer 1 gedraaid: "Binnen".

We draaien het volume op 10 en zingen luidkeels mee. We hebben het stiekem best naar onze zin. Op dat moment denken we niet aan het verdriet van onze vriendin op de begraafplaats. Wij voelen geen verdriet, het is onze moeder niet.

Dat heeft me altijd geraakt: dat wij zo uitgelaten waren terwijl we haar moeder gingen begraven.

gezien in het winkelcentrum (4)

De hangende ornamenten in het winkelcentrum wisselen met de kalender. Lente, herfst, winter en zomer, ieder jaargetijde krijgt zijn eigen versiering. Van paaseieren tot sneeuwvlokken.

Ook de feestdagen krijgen hun aandacht. In november staat er een grote sinterklaas, omringd door zijn zwarte pieten. Zodra de Goedheiligman het land heeft verlaten, staat hij zijn plek af aan de kerstman. Zijn zwarte pieten maken dan plaats voor lieve kerstelfjes.

Zojuist zag ik de mannen van de ornamenten weer hun werk doen. Ze hingen de grote herfstbladeren op de plek waar eerst nog een zomerse parasol hing.

Zie je wel, de zomer is voorbij. Ik zei het toch.

dinsdag 30 augustus 2005

boos

Mijn clienten zaten tegenover me. Man en vrouw. Ouders van twee kleine kinderen. Hun kinderen, die door de Raad voor de Kinderbescherming uit huis waren geplaatst. De politie had hun bloedjes als criminelen afgevoerd.

Ze waren boos. Laaiend. Op mij, op hun gezinsvoogden, op de Raad. De man liet me weten dat hij naar de pers zou stappen. Hij had Hart van Nederland al gebeld! En ze zouden komen, dat hadden ze hem beloofd. Ze zouden komen.

Ik liet ze uitrazen. Hun verdriet moest eruit. Scheldwoorden mengden zich met tranen. Na twintig minuten zakte het wat. Het gesnotter werd minder en hun gevloek eveneens. Met gebroken stem vroegen ze me het nog eens uit te leggen. Waarom mochten hun kinderen niet thuis wonen?

Ik praatte eromheen. Ik had heel veel woorden nodig om te zeggen dat de rechter hun geen goede ouders vond.

zomer

Ik heb psychisch al afscheid genomen van de Nederlandse zomer 2005. Uit protest daartegen heb ik mijn planten al meer dan twee weken geen water meer gegeven. Als ik toch niet op het balkon kon zitten, hoefde ik de planten ook niet meer te wateren.

Voor mij zit de zomer zit er allang weer op. Ook al nazomert het als een tierelier.

bode

Ik was op tijd. Ik had dan wel giga-zweetplekken van de haast, maar ik was op tijd. Sterker nog, ik was te vroeg.

Ondanks de zweetplekken nam ik een plek in de zon. Ik zette mijn lijkt-duur-maar-is-van-H&M-zonnebril op de neus en stak een sigaret op. Zenuwachtig was ik niet. Nou, misschien een beetje omdat ik de zaak niet had voorbereid. Maar het was een eitje en eitjes hoef je niet voor te bereiden.

Ik keek op mijn horloge: nog tien minuten, dan moest ik toch echt naar binnen. Ik moest mijn cliënt op z'n minst even zien voordat we bij de rechter naarbinnen zouden gaan.

Een vriendelijke vrouw kwam bij me staan. Type net geen meisje, net geen vrouw. Zoals ik dus. Of ik misschien een vuurtje had. Ik antwoordde met mijn standaard-reply "ja, maar dan moet ik eerst even graven in mijn tas". De meesten grinniken dan van herkenning. Zo ook zij.

Het vrouw-meisje rookte haar sigaret bij mij op. Vijf minuten zagen we gelijkgestemden in elkaar. Dat onze mannen altijd de aanstekers kwijtwaren. En dat zich dat niet beperkte tot aanstekers, maar dat daaronder ook portemonnee's, sleutels en sigaretten vielen. En dat we er beiden niet meer boos om werden, maar ons erin berustten.

Het vrouwmeisje ging weer naar binnen en ik volgde haar vijf minuten later. Toen ik bij de zittingskamer aankwam, zag ik haar weer. Ze was de bode van de Rechtbank. En ik was opeens een advocaat.

In 10 minuten gingen we beiden van vrouwmeisje naar volwassene.

maandag 29 augustus 2005

In de auto

Een paar ontdekkingen van vandaag:

* Filerijden is hartstikke leuk als je sigaretten, water en radio hebt. Ik had vandaag alledrie en had een topmiddag op de ring Amsterdam;

* Het aansluiten voor het stoplicht doet me telkens denken aan Tetris. Ik wil geen gaten laten vallen. En als de rij door mijn kleine Peugeot gesloten wordt, voel ik dezelfde soort voldoening als bij dat verslavende spelletje van toen;

* De autobestuurder die vooraan het stoplicht staat, is vaak bang niet op de sensoren te staan! Ik twijfel ook altijd en ga dan voor de zekerheid een paar centimeter naar voren. En ik zie dus echt heel veel mensen dat doen. Jij ook?

zondag 28 augustus 2005

buren (2)

Ik heb geen contact met mijn buren. Ik weet wie ze zijn en waar ze wonen. Daar houdt het mee op. Zo nu en dan kom ik eens een buur tegen en dan maak ik wel een praatje. Maar dat zijn van die praatjes die me al snel te lang duren. Bij de buren op de koffie of een borrel, dat doe ik dan ook nooit. Dat vind ik iets te veel burgerlijkheid. En ik woon dan wel samen, maar die burgerlijkheid moet je niet overdrijven.

Gisteravond dook de nieuwe buurvrouw met haar gezicht over de balkonrand. Of we misschien een roseetje kwamen drinken. En geheel tegen onze principes in, deden we dat. Een avond en nacht praatten we over ons studentenleven en machtsmisbruik bij ontgroeningen. Over het leven dat we hadden gehad en wat de toekomst ons nog zou brengen. De avond werd nacht en de rose werd rode wijn. We bleven praten en roken en niemand dacht aan slapen. In het holst van de nacht werden er nog bedrijfsplannen gemeed en vanwege het lege pakje sigaretten gingen we om 5 uur naar huis. Als het aan W. en buurman R. had gelegen, was het nog wel later geworden.

Sommige buren zijn gewoon leuk. En dan hoef je voor een briljante avond niet ver te gaan.

wandelende reclame

De camera filmt een meisje. Zittend op haar bank, met de laptop op schoot. Ze typt een stukje, zo te zien voor haar weblog. De camera draait en het gezicht van het meisje komt in beeld. Ze heeft een Friese Vlag Breaker in haar mond. Het tussendoortje, dat altijd tussendoor kan.

Als ze willen, kunnen ze nu komen filmen. Zoals ik er nu bijzit, ben ik perfect promomateriaal.

zaterdag 27 augustus 2005

kwartjeskennis

Kwartjeskennis = feitjeskennis. Onnozele kennis van onnozele feitjes.

Die term hoorde ik voor het eerst van ex E. Nou ja, ex, we hebben 3 weken het bed gedeeld en daarna was de liefde over. Als ie er ooit al was. Hij noemde altijd een voorbeeld van kwartjeskennis, maar ironisch genoeg ben ik dat voorbeeld vergeten. Het ging over het vriespunt, dat weet ik dan nog wel.

Maar goed, kwartjeskennis dus. Mannen hebben dat meestal wel, dat pompen ze volgens mij in een chromosoom bij de geboorte. Jaargetallen van revoluties, oud-presidenten van vergeten landen en - niet onbelangrijk - voetbaluitslagen van wedstrijden ver in de vorige eeuw. Moeiteloos lepelen ze het op uit hun geheugen, waar dan geen plaats overblijft voor simpele dingen als 'vuilniszakken kopen'.

Mijn kwartjeskennis is beperkt tot kennis van films en acteurs. Meestal weet ik titels en acteursnamen wel uit een geheugenlaatje op te vissen. Het wil nog wel eens een probleem zijn als ik alleen een gezicht herken. De naam heeft zich dan nog niet gevestigd in het rijtje acteurs in mijn geheugen. Als een razende gaat mijn geheugen dan langs de films die ik gezien heb. En soms kom ik dan uit op een B-film uit de jaren tachtig.

E. (niet ex-E) vroeg mij vrijdag hoe die film heette waarin Denzel W. een jong meisje moet beschermen. Ik groef in mijn geheugen, maar kwam niet op het antwoord uit. Had ik die dan niet gezien? Was ik het vergeten? Was mijn enige geheugen-stokpaardje nu ook al in verval? Maar nee, de film is net uit en ik heb hem gewoon nog niet gezien. Hij heet The Jacket, bytheway.

Pfoeh.

ja, ja, hij heet niet The Jacket, hij heet Man on Fire. En ik weet niet hoe ik die twee in godesnaam door elkaar haalde...

licht neurotisch

Ik houd van plannen en maak graag lijstjes. Van dringende en noodzakelijke dingen, maar ook van dingen die voor de hand liggen.

Wat er vandaag moet gebeuren is met Bo lopen, het huis opruimen, boodschappen doen, naar de stomerij en wassen.

Je zou zeggen dat je daar geen lijstje voor hoeft te maken. Ik kon het immers zo - zonder nadenken - intikken. En toch doe ik dat. Ik maak een lijstje en specificeer wat ik moet opruimen, welke boodschappen ik zal doen en de kleren die naar de stomerij moeten. Waarschijnlijk vanwege de voldoening van het afvinken.

Maar voor nu, even een foto van Bo. Gewoon, omdat ie nu zo lekker ligt te snurken. En nog niet weet dat we zometeen Lang en Ver gaan lopen.

mooie mensen

Soms heb je van die feestjes. Feestjes waar iedereen hip, mooi, lang en slank is. Dat zowel de mannen als de vrouwen fotomodellen kunnen zijn. Op die feestjes voel ik me meestal misplaatst met mijn 1.65 mtr en mijn net-niet-hip-genoeg-shirtje.

Vandaag niet. Het feestje was gezellig en de mooie mensen waren ook nog eens leuk en entertaining. Daar kun je dan nog jaloerser van worden, want niets is irritanter dan mooie mensen die ook nog eens leuk zijn.

Maar vanavond speelde dit alles niet. Ik vond iedereen lief, aardig en leuk. Het kan iets te maken hebben met de rose. Die dronk lekker weg.

vrijdag 26 augustus 2005

Wilder(s)

Ik had nooit gedacht dat de coupe van Wilders ooit navolging zou krijgen, maar vandaag zag ik 'm. Een hippe advocaat. Strak krijtstrepen pak, mooie schoenen. Golvend haar.

En dan blond, zeg maar gerust wit, met uitgroei.

what not to wear

Ik ga vrij casual gekleed naar mijn werk. Ik hoef niet in een pakje en ik mág zelfs in een spijkerbroek. En dan hoeft het niet eens casual friday te zijn.

In de zomer heb ik een hele batterij aan linnen werkbroeken, waaronder ik dan hoge hakken draag. Met platte schoenen zouden die broeken als een bruidsluier achter me aanslepen. Ze zijn namelijk veel te lang, maar met hoge hakken precies goed.

Die linnen broeken wil ik ook graag meenemen naar Thailand. Maar omdat ik daar niet snel hoge hakken zal dragen, moesten ze korter worden. Dat heeft mijn moeder dit weekend gedaan, met als gevolg dat ik nu rondloop met hoog water. Zelfs met mijn platste nette schoenen.

Ik ben als de dood dat de dames van What Not To Wear Nederland aandoen en mij treffen in het Utrechtse. Want het kan écht niet, zoals ik er nu bijloop.

donderdag 25 augustus 2005

melkmeisje

W. en ik hebben besloten te verhuizen. Wel of niet zwanger: wij gaan hier weg. Ik heb ontzettend veel zin om een nieuw huis uit te zoeken. Een húis. Een echt-grote-mensen-huis. Met verdiepingen ín mijn huis. Dat ik naar W. kan roepen: ik ben boven, zit in de tuin of ben op zolder. Nu heeft W. me binnen 15 seconden gevonden. 75m2 zoek je nu eenmaal snel af.

Werktechnisch zit ik as we speak in een dipje en dus struin ik Funda een beetje af. En daar stuit ik op prachtige straatnamen. Je wilt er alleen al gaan wonen om te kunnen zeggen: ik woon aan De Melkmeisjelaan.

Nog een paar toppers:

- Luwte;
- Noorderbreedte;
- Vuurvlinderberm.

copycat

Ik las laatst dat er elke 3 seconden een nieuw weblog wordt begonnen. Ook hoorde ik dat de oerloggers - de loggers van het eerste uur - dit maar vervuiling vinden.

Ik begrijp dat wel. Zij schrijven al sinds 2002 - of zelfs eerder - dag in dag uit mooie, interessante of grappige stukjes. Zij maakten hun eigen website, zonder dat blogger of web-log dat voor hen deed. Met bloed, zweet en tranen gaven zij invulling aan hun pioniers-status en deden dat met verve. Zij waren the real thing.

En nu komen wij, die hausse van volgelingen. Die ook menen te kunnen schrijven. En die dat via Blogger of Web-log doen, want dat is toch o-zo-handig.

Ter verdediging van ons nieuwelingen: we vinden het zo leuk om te doen! We hebben het wiel dan wel niet uitgevonden, maar we rijden toch graag een rondje mee.

woensdag 24 augustus 2005

gezegdes

Ik vind spreekwoorden en gezegdes geweldig. Ze komen goed van pas en geven vaak precies weer wat ik wil zeggen.

W. haalt ze altijd door elkaar en zegt vaak maar wat. Zojuist had ie weer een pareltje: het was een druppel in een hooiberg.

Enig idee wat ie bedoelde?

belachelijk

Ik kon het internet niet op. De vertrouwde lampjes van het modem knipperden niet meer. Het was opeens heel erg donker en stil. Ik voelde een soort van paniek opkomen. Als ik het internet niet opkon, kon ik ook geen stukjes schrijven! En niets lezen!

Nadat ik het probleem had opgelost - systeembeheer van de koude grond - bedacht ik me hoe belachelijk ik had gereageerd. Hoe erg was het nou, dat ik thuis niet kon internetten? Dat heb ik jaren nooit gedaan en ik heb er nooit van wakker gelegen. Het is net zoiets als geen gsm bij je hebben, daar raken de meesten onder ons ook de kluts van kwijt. Terwijl je toch echt uren niet wordt gebeld en mensen je wel weten te vinden. Als het moet.

Nou kan ik dit stukje verder laten gaan over de psychologie van de technologie, de afhankelijkheid van de mens en de beperkte toegevoegde waarde van de techniek. Maar ik denk dat ik het toch maar hierbij laat. Ik kan immers weer internetten.

zinloos

Een woensdag per veertien dagen ben ik vrij. Echt vrij. Niet alleen hoef ik niet te werken, ik hoef zelfs Bo niet eens uit te laten. Dat doet WalkaDog, de uitlaatservice.

De invulling van die vrije dagen verschilt nogal eens. Vaak sta ik gelijk met W. op en ga nuttige dingen doen. De dag strekt zich dan voor me uit en ik geniet ervan om die dag in te vullen zoals ik wil. Zo nu en dan draai ik me op die woensdag nog eens om als W. opstaat en slaap uit. Ik word dan vaak pas in de middag wakker en vind het te laat om nog iets te doen. Ik doe dan dus maar niets.

En zo ook vandaag. Heb boodschappen gedaan en een wasje gedraaid. Let wel: alleen gedraaid. Niet in de droger gedaan en al zeker niet opgevouwen.

Wat een zaligheid.

belspelletjes

Op dit moment probeert een aardig meisje mij op Net 5 te overtuigen om te bellen en Heel Veel Geld te verdienen. De meeste spelletjes zijn een belediging voor je hersens en het antwoord weet je in een oogopslag.

Maar nu zie ik het niet. Ik zie het niet!!! Gek word ik er van

brand . . . .
. . . . muts
kook . . . .

Help!!

hebberig

Van sommige winkels word ik hebberig. Met gulzige ogen kijk ik dan om me heen en wil alles hebben. Ik moet me zelfs een beetje bedwingen om niet te gaan rennen van het een naar het andere. Ik voel me dan weer die puber die mijn moeder bij alles smeekte of ik het please please please mocht hebben. Vaak deed ik dan nog de belofte dat ik dan niets meer hoefde voor sinterklaas, kerst of verjaardag. Soms wel voor twee jaar.

Ik heb het nu voornamelijk nog met tuincentra, Ikea en de Hema. Ik ga daar ook liever niet heen, tenzij ik een goedgevulde portemonnee heb.

Toen ik zojuist de Ikea-gids op de mat vond, heb ik 'm dan ook ongelezen weggelegd. Anders was ik er vanmiddag nog naar toe gereden en ons Thailandgeld erdoorheen gejaagd.


dinsdag 23 augustus 2005

pijn als voorpret

Ingeënt tegen DTP en Hepatitis A.

Ik heb pijn aan mijn armen.

Pijn als voorpret.

zondag 21 augustus 2005

auto

W. heeft sinds een paar maanden een nieuwe auto. Een nieuwe oude auto. Een Mitsubishi Galant. Hij is mooi, groot en zwart. Als je niet goed kijkt, zou ie voor een BMW door kunnen gaan.

Maar sinds een paar weken tikt er iets in zijn auto. Hoe harder je rijdt, des te sneller het tikt. Het klinkt als metaal op metaal en het komt uit de rechterachterkant.

W. rijdt er gewoon in en denkt er liever niet over na. Ik begrijp dat niet. Ik heb meteen visoenen van een afgebroken chassis, loszittende wielen of afvallende onderdelen. Ik voorzie dan ook grote ongelukken en zeur dagelijks om een garagebeurt.

Zojuist zijn we teruggekeerd van een ritje Maastricht. Twee uur lang zat ik met samengeknepen billen. Volgens mij zijn we geen onderdelen verloren.

koepel II

Mijn vader had mijn postje gelezen. Over de criminelen op het dak. Hij vond het een leuk postje, maar ik had het niet helemaal goed onthouden.

Er waren geen criminelen. Het waren vandaaltjes. Ze waren niet ouder dan 13 jaar. Mijn vader had hen niet gearresteerd en ze waren niet boos op hem. Ze zaten per toeval op ons dak. Verder was het helemaal niet eng. Zelfs niet eens een beetje spannend.

Kortom, ik had het allemaal iets mooier gemaakt. Ik onthoud dus niet alleen weinig. Dat wat ik onthou, vervorm ik ook nog eens.

trappenpad

We hadden al een flink stuk door het bos gelopen. Mijn moeder, W. en ik. We waren op weg naar restaurant De Bosrand en alleen mijn moeder wist de weg. Maar eigenlijk ook niet helemaal. We liepen en bleven lopen en uiteindelijk kwamen we bij een steil pad, met ingehakte treden. Dat was een opluchting, want de trap was een van de aanwijzingen van mijn vader. We zaten op de goede weg.

Bij de lange trap met 100 treden stond een bord. W. las hardop wat er stond: "rappenpad". Na 40 trappen zei hij in alle ernst: "wat belachelijk dat het rappenpad heet. Ze hadden het beter trappenpad kunnen noemen".

En zo heette het dan ook.

zaterdag 20 augustus 2005

meisjesmeisje

Ik heb planten nooit kunnen waarderen. Als mijn moeder me vroeger meenam naar een tuincentrum, verveelde ik me stierlijk. En dan heb ik het niet alleen over mezelf als kleuter, maar ook als tiener en twintiger. Ook de tuin van mijn ouders vond ik niets bijzonders. Als mijn moeder me haar nieuwe aanwinsten in de tuin liet zien, liep ik er al zuchtend doorheen. Het zei me niets en het deed me niets.

Ook voor bloemen liep ik niet warm. Bij mijn afstuderen kreeg ik 10 boeketten. Ik wist niet wat ik ermee moest en gooide ze snel weer weg. Toen ik beedigd werd kreeg ik evenveel boeketten en deze gaf ik allemaal aan C.

Dit veranderde allemaal toen ik een eigen huis en bijbehorend balkonnetje kreeg. Als een blij kind geniet ik van mijn plantjes. En omdat ik toch een weblog heb, zet ik er gewoon een paar foto's op . Lekker puh.




En omdat ik de tuin van mijn ouders nu echt be-la-che-lijk mooi vind, daarom daar ook een foto van.

vrijdag 19 augustus 2005

mietje

Ik ben niet bang aangelegd. Ja, wel bij het kijken van horrorfilms, maar in het echte leven valt het wel mee. Ik schat gevaarlijke situaties niet snel als zodanig in en vaak ben ik op het moment supreme (daar moeten allerlei leestekens op, maar ik weet niet welke) zelfs wat koeltjes.

Maar goed, ik ben dus niet snel bang. Behalve om 's nachts alleen thuis te zijn. Dan ben ik doodsbang en kan ik mijn angst ook niet relativeren. Met gespannen spieren lig ik dan in mijn bed, te luisteren naar de geluiden om me heen. En juist dan gaan alle kasten kraken en de verwarming tikken.

Die angst om 's nachts alleen thuis te zijn stamt uit mijn jeugd. Als mijn ouders weg waren sliep ik niet. Totdat ze weer thuis waren. Dat was soms een ware uitputtingsslag, want mijn ouders konden vroeger best een feestje vieren. Pas als ik de klik van de deur hoorde, viel ik in een diepe slaap.

En nu met W. is dat niet anders. Pas als ik zijn sleutels hoor, kom ik tot rust. Voordat hij dan bij mijn bed staat, ben ik al een behoorlijk eind op weg naar dromenland.

vreemd

Ik vind het vreemd hoor. Ik snap het echt niet. Ik schreef zojuist een stukje over mijn vader. Het stukje zou gaan over zijn werk als rechercheur. En dat dat ooit heeft geleid tot een spannende avond met criminelen op het dak van ons huis. Ze waren op zoek naar mijn vader, want die had hen gearresteerd. Het was eng, alhoewel ik me die avond eigenlijk niet herinner. Mijn herinneringen aan het gevoel van opwinding en avontuur zijn volledig afgeleid uit de verhalen van mijn moeder. Misschien sliep ik zelfs en heb ik er niets van meegemaakt.

Maar naarmate het stukje vorderde, des te verder raakte ik van de clou. En uiteindelijk kwam ik op een heel ander verhaal uit. Dat wilde ik helemaal niet! Maar ik laat het toch maar zo.

En die titel? Die slaat op de koepel op het dak van ons huis. Daar keken de boeven door naar binnen.

koepel

Mijn vader was politieagent. Rechercheur. Ik vond dat vroeger niets bijzonders, ik wist niet beter. Zo af en toen ging ik wel eens naar zijn werk. Het Bureau, zoals dat bij ons thuis werd genoemd. Politieagenten liepen daar af en aan en ik kreeg van iedereen een aardig woord en een aai over mijn bol. Met de Personeelsvereniging van de Maastrichtse Politie ging ik jarenlang naar alle pretparken in Europa. Uiteraard onder begeleiding van - hoe kan het anders - rechercheurs.

Politieagenten waren in mijn beleving dus altijd aardig en leuk. Een uniform vond ik werkkleding en zelfs een colonne politieauto's initimeerde me niet. Het waren immers de collega's van pap.

Ik merk dat daar nog steeds iets van over is gebleven. Nog steeds denk ik: "hij doet alleen maar zijn werk". Zelfs als ik een boete krijg voor fout parkeren of rijden door rood.

Wat wel is veranderd is mijn reactie op een politieauto. Tenminste, als ik zelf rijd. Ik denk meteen dat ik iets fout heb gedaan. Zo ook laatst, toen ik moest stoppen. Met bevende handen gaf ik mijn rij - en kentekenbewijs. De vriendelijke agent wees me alleen even op mijn rechterachterlicht. Dat was kapot.

adsl

Op een dag stond er een laptop in het huis. Gekregen van J. Hij gebruikte 'm niet meer en W. had een computer nodig voor het schrijven van zijn boek. Dus hadden we een computer.

Op een andere dag besloten we dat we aan de ADSL moesten. Dus belden we een kabelmaatschappij. Na een paar maanden van miscommunicatie, niet verschenen monteurs en afgezegde afspraken kregen we een doe-het-zelf pakket. W. ging aan de klus en al snel reden we een rondje over de digitale snelweg.

Dat was maart 2004. Daarna verdwenen we uit hun financiele administratie, want nooit kregen we een rekening. Tot vorige maand. Met kloppend hart maakte ik de brief open en moest lachen om het bedrag: 15,00 euro.

Over de maand juli 2005.

daphne

Ik vond Beau geweldig. Ik val namelijk wel voor het type foute, grappige boef. Zijn vertrek bij Boulevard vond ik dan ook stom. Hij moest blijven, want hij was Boulevard. Of beter: Boulevard was Beau. Het zou nooit meer hetzelfde zijn.

Maar nu zit Daphne er. En eerlijk is eerlijk. Daphne doet het goed.

Ze is stoer. Heel Erg Stoer.

woensdag 17 augustus 2005

op kantoor

Mijn kantoor ligt aan het einde van een lange gang. Aan weerszijden hangen schilderijen van Corneille. Daar hou ik niet van, van Corneille, maar het geeft wel een bepaalde chique uitstraling.

De gang is ongeveer 25 meter lang - maar ik kan er een meter of tien naast zitten - en ik loop er dagelijks zo'n 30 keer door heen. De centrale printer staat namelijk gemakshalve aan het begin van die gang. Ik moet dus voor elk godvergeten printje dat hele stuk naar voren lopen. En weer terug.

Ook het secretariaat ligt aan het begin van die gang en ook daar loop ik vaak naartoe. Overigens vergeet ik vaak wat ik daar kom doen, zodat ik onverrichter zake terug kan lopen naar mijn kantoor. Om daar pas weer te realiseren wat ik ook alweer ging doen, etc. etc.

Maar goed. Ik loop dus vaak door die gang en kom dan altijd mensen tegen. Ze worden ook wel collega's genoemd. En ik weet dus nooit hoe ik dan moet kijken! De gang is namelijk zo smal, dat je elkaar rakelings passeert. Ik zoek altijd manieren om soepel door dat ongemakkelijk moment heen te komen. Tot zover ben ik gekomen tot de volgende mogelijkheden:

- peinzend in gedachten in de verte turen;
- gekke bekken trekken;
- telkens weer "Goeiemorgen!!!" zeggen.

Iemand nog ideeen?

gezien in het winkelcentrum III

Ik weet - of heb wel eens gehoord - dat het opvoeden van kinderen zwaar is. Het is zwaar en zo nu en dan ondankbaar. Er is nergens een richtlijn en niemand kan je écht vertellen of je het goed doet.

Het is dus zwaar en soms ondankbaar. Laat daar geen misverstand over bestaan.

Maar betekent dat dan dat je je kinderen helemaal niet meer hoeft te corrigeren? Dat je je kinderen gewoon over openbare bankjes heen laat denderen en er 100 keer op laat springen? Dat ze door het winkelcentrum mogen rennen, al gillend? En dat je dat gillen dan ook gewoon over laat gaan in krijsen?

Volgens mij niet. Volgens mij betekent dat alleen dat je af en toe heel hard zucht. En hier en daar een vloek laat donderen tegen je partner. Maar dat je je kinderen wel telkens en opnieuw corrigeert. Want dat, dát is dus opvoeden.

Maar goed. Dat vind ik dus.

gezien in het winkelcentrum II

Ze waren groot, breed en stoer. De drie negers die door het winkelcentrum liepen. Zwaar behangen met goud. Het hoofd kaal en de sportkleren glimmend. Ze hadden niet misstaan in een Amerikaans basketballteam.

In het voorbijgaan hoorde ik de ene zeggen: "het was echt een leuk truitje. Grijs met een capuchon. Als ik mijn salaris binnen heb, ga ik het halen".

Ik smolt. Stoere zwarte man praat vol liefde over grijs truitje.

dinsdag 16 augustus 2005

Uitstel

Ik kan heel goed dingen uitstellen. Zaken voor me uit schuiven en hopen dat het vanzelf over gaat. En vreemd genoeg heeft die methode zo nu en dan succes.

Op mijn werk schuif ik alle vervelende dingen naar mijn denkstapel. En als ik het dan maar gewoon druk heb, dan heb ik een goede reden om niet aan De Stapel te beginnen. Ik had het immers te druk. Prive liggen ze niet fysiek op een stapel, maar staan op een to do list. Maar het principe werkt hetzelfde: uitstel en hopen op afstel.

Stukjes schrijven op je weblog is een uitermate succesvolle manier om je to do list te verwaarlozen.

Op de gang II

Ik mocht mijn client niet. Ik vond het een engerd. Hij keek steeds naar mijn borsten. En dat haat ik dus. Van mij mag je best stiekem kijken, want daar hangen ze immers voor. Maar Niet Als Je Met Me Praat.

En dat doen dus echt veel mannen, he! W. deed het ook altijd, maar sinds ik hem erop heb gewezen niet meer. Ja, bij mij wel, maar dat mag. Maar bij andere vrouwen houdt ie zich in en doet ie het stiekem. Zoals het hoort.

Bij mijn client loste ik het probleem op door mijn toga aan te doen. Handige dingen, toga's.

moe II

Ik sliep meteen. Dat was boven verwachting en erg prettig. Ik sliep en ging linea recta door naar de afdeling Nachtmerries. Met de subcategorie: moordenaars en achtervolgingen.

Dacht ik dat ik gisteren moe was? Dat was niets, vergeleken met vandaag.

maandag 15 augustus 2005

rela

Ik schreef al eerder - en ik heb echt geen zin om dat postje te zoeken en te linken - dat prille verliefdheid niet aan mij is besteed. Ik gedij niet goed onder die spanning en druk.

Waar ik wel goed onder gedij, is een relatie. Ik vind het prettig om deel van een stel te zijn. Om te weten wat hij denkt en wat hij gaat doen.

En dat ik dus kan bukken als hij een boer in mijn oor gaat laten:)

slaap

Ik heb vanavond mijn slaap ingehaald. De slaap die ik afgelopen nacht heb gemist. Nou weet ik tenminste zeker dat ik vannacht niet slaap.

Fijn hoor. Zekerheid.

route

Ik ben niet bijster goed in het vinden van de weg. Ik zoek daarom van te voren precies uit hoe ik moet rijden. Het liefst leer ik de hele route uit mijn hoofd, maar dat is natuurlijk gewoon belachelijk. Maar goed, wat ik in ieder geval nooit zal doen is zomaar gaan rijden!

W. dus wel. Hij rijdt gewoon naar de stad van zijn bestemming en ziet dan wel verder. Hij heeft een mond om te vragen, zo zegt ie zelf. Die heb ik ook heus wel, maar die gebruik het liefst niet. Ik vraag niet naar de weg. Niet op straat, niet in winkels en zeker niet in de supermarkt. Ik loop of rijd nog liever honderd zinloze rondjes. Ik weet heus wel dat dat stom is, maar het is niet anders.

Zaterdag reden we naar Zeist. Uiteraard had ik een routebeschrijving en eerst volgden we die ook braaf. Totdat W. op de snelweg besloot dat we beter via Zeist-Oost konden gaan en hij sloeg af. Hij sloeg zomaar af! Dat kon natuurlijk nooit goed gaan.

Maar het ging wel goed. En we waren zeker een kwartier sneller dan als we mijn beschrijving hadden gevolgd. Grmpf...

zondag



Geitenkaas, honing, walnoten, ijskoffie. Yammie.





slechte planning. 1,5 uur wachten in auto.



Mooie man, nog mooiere vrouw, leuk verhaal, slap einde.




lekker bier.

moe

Op rechts hoorde ik gesnurk. Hard en regelmatig gesnurk. Op links hoorde ik gesnor. Hard en regelmatig gesnor. Zowel kat als vriend hadden het volume op maximaal. Oordopjes hielpen niet, hoe diep ik ze er ook in drukte. Nog steeds hoorde ik het zagen en gesnor erdoor heen.

Dan maar slapen in de huiskamer. Ik vertrok met matras, dekbed, kussen en rookte nog maar eens een sigaret. De zoveelste van die dag. Slapen lukte nog steeds niet, ook niet na mijn vertrek van het lawaai.

Dus ging ik piekeren. Piekeren waarom ik toch wakker lag. Was er iets mis tussen W. en mij? Nee, niet dat ik wist. Maakte ik me zorgen om Thailand? Nee, ook niet. Ouders? Vrienden? Geld? Zaken? Things to do? Nee, nee, nee, nee, nee. Ik wist het niet. Ik wist alleen dat ik wakker lag.

En dat deed ik totdat de wekker ging. En nu ben ik moe. Moehoe.

bevoorrecht

Walgelijk waren we gisteren. Walgelijk verliefd en blij. Alles vonden we leuk aan elkaar en we hielden ook niet op dat tegen elkaar te zeggen.

Om dat na 3,5 jaar te hebben, dan ben je bevoorrecht.

Update: bij het lezen van dit stukje werd W. een beetje misselijk. Tot zover de romantiek

zaterdag 13 augustus 2005

unbelievable

Ik ben eigenwijs. Ja, ik dacht, laat ik maar de eerste zijn om dat gewoon toe te geven. Ik ben eigenwijs en niet altijd gemakkelijk.

Maar daar gaat het nu niet om.

Het gaat nu om mijn baas, die is pas eigenwijs. Mijn god zeg! Toen ik in een vergadering alsnog aangaf dat ik de gang van zaken vorige week op z'n zachts gezegd niet kon waarderen, praatte hij gewoon recht wat krom was. Hij gaf niet toe. Zelfs niet toen mijn andere bazin mij steunde. Zelfs niet toen ik boos werd. Hij gaf mij zelfs met zoveel woorden de schuld van wat hij fout had gedaan.

Niet mee te praten. Het wordt tijd dat ik die toko overneem:)

vrijdag 12 augustus 2005

voorpret

Ik ben een voorstander van voorpret. Het vooruitzicht op iets leuks melk ik tot de laatste druppel uit. Ik zoek dan ook met het grootste plezier uit waar we heen gaan in Thailand, wat ik nog allemaal moet regelen en -niet onbelangrijk- wat er nog allemaal gekocht moet worden.

W. heeft dat dus helemaal niet, he! Nee, die stapt gewoon in het vliegtuig en hij gaat ervan uit dat hij verzekerd is en dat er een bed klaar staat in Bangkok. Ik vind dat eigenlijk wel een beetje jammer want gedeelde voorpret is dubbele pret.

Desalniettemin houd ik hem stoïcijns op de hoogte van wat er geregeld is. De tickets, opvang voor Bo en Max, het eerste hotel. En telkens hoop ik op een enthousiaste reactie. Tegen beter weten in. W. doet nu eenmaal niet aan voorpret.

de schaar erin

Ik zie mezelf soms in gedachten dingen doen. Zo geef ik vervelende mensen een duw in de rug en als een wachtrij te langzaam gaat schreeuw ik mijn frustratie eruit. De gedachte daaraan lucht al op.

Vandaag zag ik mezelf een schaar in iemands haar zetten. De knul had een matje. Zeg maar gerust een mat. Van dat dunne, vlassige haar. Bovenop was het kort en stekelig.

In gedachten zag ik de hele mat ervan afvallen. Het was een hele verbetering.

tien pond grutten

Ik heb geen legitieme reden tot uitstel meer, ik moet beginnen aan mijn 'denkstapel'. Die stapel bestaat uit dossiers waarin ik moet denken, rekenen of iets anders moeilijks. Die stapel komt meestal het laatst aan de beurt, als er echt niets anders meer ligt.

En dat is nu.

Met 'ienemienemutten' heeft de mijnheer tegen de Sociale Dienst gewonnen. Hij mag eerst.

donderdag 11 augustus 2005

net geen held

Ik zag het gebeuren. De moeder van de peuter liep in gedachten verzonken bij de H&M naar binnen. Haar ogen gericht op de koopjes in plaats van op haar dochter.

De peuter vond het prima. Met haar dikke luierkont liep ze in haar uppie door het winkelcentrum. Van verschillende mensen kreeg ze een aai over de bol en iedereen vroeg waar haar moeder was. Ze wist het niet, maar het deerde haar ook niet.

Ik voorzag een scène en ging op zoek naar haar moeder. Die was inmiddels tot de kern van de H&M doorgedrongen en was zo te zien haar kind helemaal vergeten.

Op het moment dat ik haar aan wilde spreken, stapte de peuter de H&M binnen en liep op haar moeder af. Ik hoefde de held niet uit te hangen. De peuter redde zichzelf wel.

woensdag 10 augustus 2005

zielig

Ooit zag ik een film waarin een jongen zijn hond vastbond aan een paal op strand. Het werd vloed en de hond raakte in paniek en piepte. Hard en lang. De jongen liep desondanks weg en liet het beest verdrinken.

Vandaag kreeg ik de bevestiging van het dierenpension waar Bo een week zal blijven tijdens onze vakantie. Als ik er aan denk om hem daar achter te moeten laten, voel ik me weer net zo verdrietig als bij het kijken van die film. Ik ben een ontaard baasje.

paniek

Mijn ouders gingen altijd met de auto op vakantie. We vertrokken dan midden in de nacht en mijn vader reed ons - zonder noemenswaardige pauzes - in een ruk naar Oostenrijk. Mijn broer en ik maakten die lange reis voor mijn ouders waarschijnlijk tot hel, maar daarvan herinner ik me niets. Mijn herinneringen zijn gevuld met onbeperkt snoepen, drinken uit kleine pakjes en de eeuwige spelletjes.

Op mijn 20ste vloog ik voor het eerst en ik was gepast onder de indruk. Nerveus onderging ik het gekriebel in mijn buik bij het opstijgen en de druk op mijn oren. De keer erna vloog ik in mijn uppie naar Amerika. In Chicago moest ik een halve dag wachten op mijn overstap en ik liep uren rond met mijn gezicht op de stand "ik-doe-dit-wekelijks". In werkelijkheid scheet ik in mijn broek van angst. Ik voelde me heel alleen en vond het allemaal iets te werelds voor mij.

De jaren erna bleef ik onder de indruk van het concept vliegen. Ik hield me stipt aan richtlijnen als "twee uur van te voren inchecken" en was uit nervositeit dan het liefst drie uur van te voren aanwezig.

Dit alles veranderde in Sydney. Die dag moesten we in alle vroegte vliegen naar Bali en de wekker stond daarom om 6 uur. Op het moment dat het vliegtuig opsteeg, werd ik wakker. Met een Hele Grote Kater. Ik rende naar K., die - zo mogelijk - een nog grotere kater had. Beiden hadden we geen wekker gehoord. We belden naar de vliegtuigmaatschappij en vlogen een dag later. We bleven er eigenlijk vrij relaxed onder. De daaropvolgende vluchten ondergingen we als wereldreizigers. Nooit meer was ik te vroeg op een vliegveld.

Maar dat is allemaal ancient history en ik ben weer net zo nerveus als vroeger. Ik ga vliegen en vind het allemaal maar eng. Dat uit zich onder andere in nachtmerries waarin ik keer op keer zonder backpack aankom op Schiphol.

parkeergarage

Kun je je de eerste keer nog herinneren dat het je lukte je eigen veters te strikken? Dat gevoel van overwinning? Nou, dat gevoel had ik vandaag dus weer. En dan over iets heel stoms. Ik durfde eindelijk te parkeren in een parkeergarage.

Knappe ik.

Dat ik later de parkeergarage niet in kwam omdat ik niet begreep hoe je dat parkeerkaartje moest laten lezen doet er verder niet toe:)

dinsdag 9 augustus 2005

onzelfzuchtig

Ik stuurde mijn broer een sms. Dat hij voorzichtig moest rijden tijdens Zwarte Zaterdag. Dat ik de dvd van Madagaskar voor hem had achtergelaten voor in de auto en dat hij veel plezier moest hebben tijdens zijn vakantie. Kortom, een aardige sms van een aardige zus.

Ik hoorde niets en dat vond ik raar.

Later hoorde ik van mijn moeder dat hij zijn nummer had veranderd. Hij had het sms-je dus nooit gehad. Ik vroeg me daarop af waarom je een dergelijk sms stuurt. Is dat voor die ander, of om jezelf goed te voelen bij het geijkte 'dankjewel'?

confrontatie

Vrijdag was ik boos. Heel Erg Boos. Op mijn baas. Hij had een rotstreek geleverd en ik nam mij gisteren voor hem eens flink de waarheid te vertellen. Vol adrenaline liep ik dan ook het kantoor binnen. Ik zou meteen naar zijn kamer gaan, zonder ook maar koffie te drinken. Ik zou me niet laten afschepen en hij moest op z'n minst zijn excuses aanbieden. Anders werd ik pas echt boos.

Na een blik in de agenda wist ik dat hij de hele dag niet zou verschijnen. Ik kreeg de kans dus niet om hem op z'n plaats te zetten. Ik zou het vandaag dan wel doen. Maar vandaag was de kwaadheid alweer verdwenen en ik besloot de confrontatie maar niet aan te gaan. En zo komt ie er weer mee weg. De schoft ;-)

In de trein

De dame tegenover me was goed voorbereid. Uit een grote tas haalde ze achtereenvolgens een flesje melk, twee boterhammen en een paar koekjes. Alles keurig verpakt in plastic folie. De geur van de boterhammen deed me denken aan de kantine van mijn middelbare school. Muf.

Met kleine hapjes peuzelde ze alles op. Daarbij keek ze monter om zich heen. Een paar vriendelijke ogen bleef op mij rusten. Ik knikte haar glimlachend toe en keek snel weer uit het raam. Ik bad dat ze geen praatje wilde maken, maar mijn gebed werd niet verhoord. "Eens even kijken of we nog op schema liggen. Ja, hoor, hij rijdt op tijd. En iedereen maar zo mopperen op die NS. Ik ben al zo lang onderweg.......op tijd................... kleinkinderen.............. Zutphen.......". In gedachten was ik al afgehaakt, maar bleef haar wel vriendelijk toeknikken. Toen ze haar relaas even staakte om adem te halen keek ik snel uit het raam.

De boodschap kwam aan. Ze praatte niet verder. De rest van de tijd keek ze me triest aan. En daardoor kreeg ik spijt dat ik haar niet had laten doorbabbelen.

short message service

Bovenaan de pagina stond Berichten. Geschreven in een ouderwets en zwierig handschrift. Moeders wilde leren sms-sen. Het leek haar toch wel handig. Ze leek verdacht veel op de mobiel bellende oma in de KPN-reclame, alleen kon ze het uiteindelijk wel zelf. Zonder hulp van opa.

Nieuwsgierig en nauwgezet volgde ze mijn handelingen en ze schreef ze stap voor stap op. Na tien proef sms-jes naar mij, volgde een officieel bericht. Naar mijn broer, in Oostenrijk. Die reageerde verbaasd en enthousiast. Hij vond het leuk dat ons moeders nu ook kon sms-sen. Maar na 3 sms-jes van mijn moeder belde hij toch maar even. Want soms is dat toch handiger.

Al doende leert men.

maandag 8 augustus 2005

drank

Ik kan heel goed niet drinken. Dat doe ik soms wekenlang. Of zelfs maandenlang. Niet als statement, maar de tijd strijkt dan gewoon zonder drank voorbij. Ik denk er zelfs niet eens bij na.

Ik kan ook heel goed twee wijntjes drinken. Omdat ik moet rijden, of de dag erna vroeg op. Ik ben me er dan van bewust en drink gematigd.

Wat ik niet goed kan, is me inhouden als er geen grens is. Zoals vandaag. De bbq in de regen begon al vroeg, dus had ik uren de tijd. Tijd om teveel te drinken. En dat heb ik dus ook gedaan.

Stom.

zondag 7 augustus 2005

A2

Elke baan van een driebaans snelweg heeft zijn eigen soort gebruiker. De rechterbaan is de plaats voor de braveriken, zoals ik. Wij houden ons aan de maximale snelheid en aan alle andere regels. Op de linkerbaan houden de snelheidsduivels huis. Zij blijven hoe dan ook links rijden en hebben lak aan alle regels die ooit zijn verzonnen. Op de rechterbaan vertonen zij zich alleen om in -en uit te voegen. De middelste baan wordt door beide groepen gebruikt, maar alleen om snel weer terug te keren naar ieders eigen baan.

Als ik mij ooit waag op die linkerbaan, dan word ik vaak van de weg geduwd door zo'n linkse rakker. Dit gaat dan gepaard met grote armzwaaien en opstekende vingers. Hoe haal ik het toch in mijn hoofd om met 140km/u op de linkerbaan te rijden!?! Ksskt, wegwezen!!

En dat doe ik dan ook maar. Braaf als ik ben.

Maar vandaag niet. Groen en geel ergerde ik me aan een of andere vette BMW. Telkens duwde hij me aan de kant, om daarna tergend langzaam voor me te rijden. Even dacht ik dat er met me geflirt werd, maar aan zijn frons zag ik dat dat niet het geval was. Na drie keer hetzelfde ritueel had ik het gehad. Ik ging niet meer aan de kant. Hij bekeek het maar.

Helaas kwam het niet tot een climax. Hij ging snel na mijn statement van de snelweg. Ik zal er nooit achter komen of ik het vol had gehouden.

zaterdag 6 augustus 2005

Bo

Een hond is een werelds bezit. Je krijgt aandacht, onvoorwaardelijke liefde etc. etc.

Maar om met dit pokkeweer door het park te lopen is dus Echt Niet Leuk.

jaarclub

Ooit las ik ergens een opmerking over het fenomeen "jaarclub". Het was een kort-door-de-bocht-maar-toch-treffende vergelijking met familie. "Je komt er nooit meer van af, je spreekt ze zelden en bij bruiloften en andere feesten ben je verplicht ze uit te nodigen". Dat laatste is overigens wel handig als je floorfillers nodig hebt. Met partners zijn ze dan met z'n twintigen.

Op C. en K. na zie ik nooit meer iemand van mijn jaarclub. Het toppunt hiervan bleek deze week, toen een geboortekaartje van jaarclubgenoot F. in de bus viel. Ik had haar nog niet eens zwanger gezien en nu is ze al moeder.

syndroom

Ik heb last van een bijrijderssyndroom. Ik kan spontaan niet meer rijden als er iemand naast me zit. Zelfs als dat W. is.

Vanavond bracht ik hem even naar de stad. Ik ken de weg, ik weet waar de bochten liggen en het was rustig op de weg. En toch was ik -weer- nerveus. Wanneer zal dat rijles-gevoel nou eens overgaan?

vrijdag 5 augustus 2005

verrassing

Ik schreef hierboven verassing en dacht meteen weer aan het ezelsbruggetje van vroeger: "verassing is ver-assing". Getver.

Maar goed, ik kan niet goed tegen verrassingen. Niet tegen positieve en al helemaal niet tegen negatieve.

Ooit wilde voormalig lief O. mij verrassen. Daar heeft ie nog lang spijt van gehad. Hij had drie maanden lang in Florida gezeten en ik zou hem ophalen van Schiphol. Ik verheugde me op de spanning van het wachten bij de gate, het weerzien en de onvermijdelijke tranen. Ik ben een drama-queen in hart en nieren.

Daags ervoor stond hij opeens voor de deur. Het leek hem leuk een dag eerder terug te komen en mij te verrassen. Ik riep uit: "wat doe jij nou hier!". En dat dan vooral niet enthousiast.

Vandaag verraste mijn baas mij met een spoedopdracht. Kun je raden hoe ik daar op reageerde;)

kalender

Sinds ik weet dat ik naar Thailand ga, tel ik de weken af. Nog even en dan tel ik de dagen af. Verder ga ik niet, want zo goed kan ik niet hoofdrekenen.

Nog 4 weken en 2 dagen. Whoei!!!

donderdag 4 augustus 2005

100

Haar stem schalde door het winkelcentrum. Het Utrechts accent klonk er duidelijk doorheen. Ze riep haar dochter, Destiny.

Ik verwachtte een typische Utrechtse dame. Geblondeerd haar, krappe spijkerbroek en witte hoge hakken. Ik was dan ook verbaasd een gedistingeerde dame te zien. Tot de puntjes verzorgd en totaal niet ordinair.

Ik moet toch eens iets doen aan die vooroordelen!

100ste postje. Joehoe!!!

woensdag 3 augustus 2005

Alexander

W. en ik vinden meestal dezelfde films wel aardig. Hij kijkt met mij mee naar Notting Hill en alle afgeleiden daarvan. Ik kijk met plezier naar zijn thrillers en actiefilms.

Ik heb alleen schoon genoeg van de veel-mensen-op-een-slagveld-en-we-maken-elkaar-allemaal-af-films. Al bijna drie uur kijkt W. nu naar Alexander.

Na een kwartier zette ik de laptop al aan. Ik ben er klaar mee.

*zucht*

Na het korte - maar dure - bezoek aan de dierenarts besloten we Bo te trakteren op een extra wandeling door het park. Aan het begin ervan stonden twee auto's geparkeerd. Dat mag daar niet, maar W. en ik zullen mensen niet snel terechtwijzen. De auto's hoorden bij een stel vissers, die onder het genot van drank en spijs de vijver leegvisten.

We liepen er langs en Bo sprintte vooruit, blij als hij was met zijn extra wandeling. Na tweehonderd meter gooide W. de bal in het water. Bo zwom woest naar de overkant. Vanaf de kant van de vissers kwam een schreeuw. "Hey!" Het was geen begroeting, het was een terechtwijzing. Bo mocht niet zwemmen in zijn vijver. Ook niet tweehonderd meter verder. Wij negeerden het en lieten Bo baantjes trekken.

Pas toen we verder liepen werden W. en ik boos. Wie waren zij om ons terecht te wijzen? Zij, die notabene hun auto's midden in een park parkeerden. Beurtelings verzonnen W. en ik een mogelijke repliek. "Hebben jullie een ontheffing van dat parkeerverbod?", "sorry, had niet gezien dat het jullie vijver was" , "waar staat dat je hier mag vissen?". Uiteraard riepen we geen van allen en liepen door.

Een paar honderd meter verder liepen we over een voetgangerspad. Bo liep nog steeds driest door de aangrenzende grasvelden. Een brommer naderde ons met 40 kilometer p/u. In plaats van te remmen, gaf hij flink gas. Hij kondigde zijn komst ook nog aan met luid getoeter.

Kwaad werden we deze keer niet. We gingen braaf aan de kant.

Serieus verhaal. Voor grapjes, zie elders

Ik had een gemiste oproep. Daarvan staan er dagelijks een stuk of wat op mijn mobiel en het merendeel is van W. Wij bellen een paar keer per dag, met elkaars voicemail. Een direct gesprek is uitzondering.

Het was Walkadog, onze hondenuitlaatservice. De schrik sloeg me om het hart. Ik had meteen visioenen van een verongelukte Bo. Met het zweet in de handen luisterde ik de voicemail af. Het was een triest bericht. Een hond van hun service was overleden als gevolg van een virus. Uit voorzorg lieten ze de honden vandaag niet uit. Dat moesten we zelf dus maar doen. Verder was er kans op besmetting, dus Bo zou ziek kunnen zijn.


Meteen belde ik W. via zijn receptioniste en omzeilde zo zijn voicemail. Dat doe ik alleen in dringende situaties en dus sloeg bij W. ook meteen de schrik om het hart. Stonden we qua schrik tenminste gelijk:)

Als een dolle reed ik naar huis en voor het eerst was ik me er niet van bewust dat ik autoreed. Mijn gedachten waren bij Bo, die vast doodziek thuis lag. Ik voelde me bij voorbaat al schuldig dat ik vanochtend niets aan hem had gemerkt.

Ik deed de sleutel in het slot en ik hoorde niets. Geen gehijg, geen geblaf. Geen tekenen van een enthousiaste Bo. "Zie je wel, hij is doodziek", verweet ik mezelf. Nog geen 2 seconden later kwam een doldrieste Bo naar beneden gerend. Hij leek me niet echt lusteloos en ook niet misselijk. Een kwartier later hing ik over zijn poep gebogen, om te zien of er bloed in zat. Ook dat was niet het geval. Ik werd langzaam weer rustig en besloot te genieten van mijn presentje van die dag: zomaar door de week in de zon door het park te lopen.

Update: enting tegen het virus was wel verlopen. Nieuwe prik gehaald. Hij is weer zo goed als nieuw.

trema's en accenten

Zowel op kantoor als thuis schrijf ik mijn stukjes. Op kantoor heb ik de beschikking over een mooie flatscreen en alle toeters en bellen. Thuis heb ik een oude laptop, zonder toeters en al helemaal geen bellen.

Op die laptop krijg ik geen trema's en geen accenten. "Alt"en 137 levert daar geen "ë" op. Het blijft dan gewoon blanco.

Mocht iemand weten hoe ik alsnog een "ë" kan krijgen, laat het me dan weten. En als niemand mij dat weet te vertellen, dan weten jullie in ieder geval dat ik Australie niet verkeerd spel, maar dat ik de "ë" niet kan vinden.

Dus.

Idols

Met luide stem kondigde hij zijn komst aan. Rood hoofd, sikje en pretoogjes. Het was de vrolijkste zwerver die ik ooit had gezien. Misschien kwam dat door de nieuwe voorraad bier, die hij in zijn grote plastic tas had zitten.

"Ik word nog ontdekt! Let op mijn woorden: ik word ontdekt!". Daarop zakte hij aan mijn voeten op zijn knieën en begon te zingen over Marianne. Voetgangers en fietsers hielden stil om te zien hoe ik zou reageren.

Ik was welgeteld vijf minuten wakker en liet met een slaperig hoofd Bo uit. Adrem was ik niet en grappig evenmin. Ik stamelde "euh, mooi hoor, maar ik moet even achter mijn hond aan". En liet hem achter. Zittend op één knie.

dinsdag 2 augustus 2005

Mijn onvermogen

Ik ben niet getalenteerd. En dan heb ik het niet over sport of boetseren. Nee, ik ben niet goed in normale omgangsvormen. Zo ben ik niet sterk in een-op-een-gesprekken, omdat ik vrees het gesprek niet gaande te kunnen houden.

Een ander voorbeeld deed zich gisteren voor, bij Charlie. Ik zag daar een aantal mensen van mijn oude studentenvereniging. Mensen die ik nooit meer zie, maar met wie ik wel mooie tijden heb beleefd. Doorgaans aan de bar.

Ik vind het leuk om oude bekenden tegen te komen, maar niet onvoorbereid. Ik schrok bij het zien van die bekende gezichten en viel terug op mijn aloude verdedigingsmechanisme: negeren.

Hoe zou het toch komen dat mensen mij arrogant vinden?

Charlie

W. had de oude versie van Charlie and the Chocolatefactory nooit gezien. Dat vond ik onbegrijpelijk. Ik had het boek niet gelezen en dat vond hij weer onbegrijpelijk. Maar beiden hadden we zin in de film. Ik keek er de hele dag naar uit en regelmatig spookte het Oempa-Loempa-liedje uit de eerste film door mijn hoofd. Wie die film heeft gezien, weet meteen welk deuntje ik bedoel.

Tijdens de film keek ik af en toe steels naar W. Ik was bang dat de film niet aan zijn verwachting kon voldoen. Van zijn gezicht kon ik niets aflezen, zodat ik in de pauze voorzichtig vroeg wat ie ervan vond. "Fantastisch", was het antwoord.

En als W. dat zegt meent ie het ook. Hij is niet zo van de leugentjes om te plezieren. In niets. Als hij bv. mijn nieuwe kleren niet mooi vindt, zegt hij dat. Onomwonden en duidelijk. Als W. dus iets goedkeurt - en dat is goddank meestal het geval - meent hij het ook. Ik hoef hem dan niet nogmaals om bevestiging te vragen. Alhoewel ik dat wel doe, want daarvoor ben ik vrouw.

W. vond het dus fantastisch en ik ook. Ik trok wel telkens een vergelijking met de oude versie. Dat bleef W. dan weer bespaard, die kon alleen vergelijken met een boek. Dat ie 20 jaar geleden voor het laatst had gelezen.

Dat kun je soms zo hebben

Op dit moment buitelen de mogelijke stukjes in mijn hoofd en dringen allemaal om voorrang:

- dingen waar ik een hekel aan heb;
- Charlie and the Chocolatefactory en de tranen van W.
- mijn onvermogen om normaal tegen mensen te doen.

De keuze heb ik nog niet gemaakt en ik heb nu geen tijd om te schrijven.

maandag 1 augustus 2005

slome doos

Ik functioneer niet goed in de tweede versnelling. Als het rustig is op mijn werk - zoals nu - wil ik het liefst naar huis. Om pas terug te keren als ik me de benen onder mijn lijf vandaan kan rennen. Ik heb het graag druk, ik houd van de hectiek en onderhuidse paniek. Rennen, bellen, procederen en regelen. En het liefst alles tegelijk.

Het is overduidelijk vakantieperiode. Nieuwe cliënten zijn er nauwelijks, die wachten eerst hun vakantie naar Frankrijk af voordat ze gaan procederen. De Rechtbank plant zo min mogelijk zittingen en tilt ze het liefst naar september. Ook advocaten wederpartij zijn en masse op vakantie. Mijn brieven worden daardoor niet of niet inhoudelijk beantwoord. Alles ligt stil en het irriteert me mateloos.

Ik surf dus maar een beetje op internet. Doe die drie dingen die ik móet doen en stel de rest uit tot morgen. Ik verlang naar vanavond: sjakie en de chocoladefabriek.