CeeBee

dinsdag 28 februari 2006

Carnaval

"Ik ben blij voor u, mevrouw. Fijn, dat u tevreden bent over het resultaat. Ik loop nog even de advocatenkamer in, maar u kunt al naar huis gaan. Dag! Smak, smak, smak. Ja. Ik ben blij dat u dankbaar bent. Ok. Ja. Goed. Nou, dan ga ik maar he!"

De dame wilde me niet loslaten. Ze was blij en bleef dat herhalen. Een zoen hier, een knuffel daar. Met zachte hand dirigeerde ik haar de Rechtbank uit. Ik bleef nog even achter en wachtte tot ze uit het zicht was. Toen liep ik ook naar mijn auto.

En toen had ik opeens vakantie. Ik ging 200 km verderop carnaval vieren. Pfoeh, ik wist niet of ik er nu wel zoveel zin in had. Maar toch stond ik vijf uur later in mijn vaste carnavalspakje (bontjas, boa en roze beenwarmers) in een kroegje in Gronsveld. De polonaise te dansen. En ik haat de polonaise, die is overgewaaid uit Brabant en wat mij betreft had ie daar ook mogen blijven.

En beter werd het ook niet. De muziek was niet leuk. De mensen deden vervelend en ik had gewoon geen carnavalsgevoel. Ik zat met mijn hoofd nog in het Utrechtse. Bij het leven van alledag, en niet in het leven van carnaval. Vijf uur later keerden mijn moeder en ik nog voor middernacht huiswaarts. We gaven het op. Deze avond was mislukt.

Vandaag werd ik wakker en dacht: "o nee, niet nog een dag carnaval". Tot ik mijn oud buurmeisje S. sprak. We hebben samen met onze moeders afgesproken om 15.00 uur. Wie weet wordt het in Maastricht wel leuk.

note to myself: voortaan iets eerder aan het carnavalsgevoel werken.

zondag 26 februari 2006

feestje (2)

Drank. Dat moest er komen. En chippies. En kaarsjes. Ook wilde ik een speakerset voor mijn Ipod en nog een leuk truitje. En als laatste moest mijn huis nog aan kant.

En omdat dat allemaal gisteren nog moest gebeuren ging op zaterdagochtend de wekker. En geloof me, dat is niet gebruikelijk in mijn huis. Het weekend is om uit te slapen en daar horen geen wekkers bij. Maar goed, gisteren dus wel. Want gisteren stond ik om 09.00 uur al in de Edah met vier kratten bier en 18 flessen wijn. Hallelujah, wat een fysieke toestand.

En daarna ging het allemaal mis. De gekochte speakerset herkende mijn Ipod niet, dus moest ik weer terug naar de stad. P. zei dat een kabeltje het euvel wel zou helpen, maar daar vertrouwde ik niet op. Dus kocht ik zowel een audiokabeltje als speakers voor mijn notebook. En dat bleek een goede zet, want het kabeltje deed het niet. Maar de boxen wel en het geluid was fantastisch. Probleem opgelost en het was pas drie uur 's middags. Ik was trots op mijn planning. Want ik hoefde alleen nog maar te stofzuigen. Maar net op de dag dat ik echt een stofzuiger nodig had, weigerde hij dienst. En toen stak de decadentie de kop op: ik stapte in de auto en kocht binnen vijf minuten gewoon een nieuwe. Voor veel te veel geld.

En toen? Toen ging ik eventje slapen, toen kwamen C. en K. om patatjes te eten, toen kwam W. om Bo te halen, toen werd het negen uur en werd ik zenuwachtig en toen was het vijf uur 's nachts en bleek dat ik leuk feest had gegeven.

vrijdag 24 februari 2006

feestje

Steeds weer spitste ik mijn oren. Hoorde ik daar de deurbel? Nee. Hoorde ik daar een fietsbel? Nee. Mijn maag spande samen. Ik had honger. Door de zenuwen had ik geen hap door mijn keel kunnen krijgen. Mijn feestje had om 8 uur moeten beginnen en het was 8 uur. En er was nog helemaal niemand. Ik nam me heilig voor om nooit meer een feestje te geven. Want die onzekerheid kon ik niet aan.

Dat - overigens geslaagde - feestje is inmiddels twintig jaar geleden. En sindsdien heb ik nog een behoorlijk aantal feestjes gegeven. Maar die spanning is er nooit minder op geworden. En ook nu vind ik het allemaal behoorlijk eng, want ik geef morgen een feestje. Zullen er wel mensen komen?

Terwijl ik dit postje type, sms't een mij onbekende buurman van drie huizen verder dat hij ook graag wil komen. Volgens mij hoef ik me niet echt zorgen te maken..

donderdag 23 februari 2006

the eighties

Net als iedereen had ook ik in de jaren tachtig cassettebandjes. Uren en uren muziek, met soms nog een verloren af -of aankondiging van Jeroen van Inkel. Dagen aaneen zat ik gekluisterd aan radio en cassetterecorder. "Play, stop en rec". Uiteindelijk ging ik over tot cd's en zo nu en dan kocht ik ook nog wel eens liedje van vroeger. Om te duiken in mijn herinneringen en weer te denken aan dat gave feest, die leuke zomer of die eerste zoen.

In de jaren negentig had ik zo een behoorlijke cd-verzameling opgebouwd. Niet uitzonderlijk groot, maar wel gevarieerd met een mix van vroeger en nu. Van hiphop via rock tot klassiek. Toen een inbreker mijn openstaand raam niet kon weerstaan, raakte ik die verzameling weer kwijt. En moest ik opnieuw beginnen. En weer kocht ik af en toe een liedje van vroeger, maar deze keer bleven grote gaten achter in mijn collectie.

En toen kwam 2006, met een Ipod en Limewire. En weer neem ik uren en uren muziek op. Niet met play, stop en rec. Maar met een simpele druk op de knop. En een voor een zijn ze weer bij me terug, die liedjes van vroeger. The Communards, Womack en Womack en Spandau Ballet. Fout, fouter, foutst. I love the eighties.

pijn

Ik mis hem. Ik mis hem soms zo erg, dat het fysiek pijn doet. Ik had hem vanavond wel tien sms-jes willen sturen. Hem zeggen dat ik hem mis. Dat ik nog steeds van hem houd. Maar ik zond er geeneen. Omdat we afstand moeten krijgen. Leren leven zonder elkaar.

Maar soms zou ik willen dat hij nooit uit mijn leven was vertrokken.

woensdag 22 februari 2006

vrij

Het mooiste van een vrije dag is nog wel het vooruitzicht erop. En ik heb een prachtig (voor)uitzicht op een vrije dag: die van morgen. Ik word er helemaal blij van.

Is weer eens wat anders dan al die lage druk-gebieden, die mijn humeur de laatste tijd bepaalden.

maandag 20 februari 2006

fuik

Ik hoor er eindelijk bij. Bij de echte automobilisten. Zojuist reed ik namelijk voor het eerst een politiefuik in. Van ver zag ik ze al staan: vier auto's met zwaailichten. Ik schrok niet, want ik had niet gedronken. Ook was ik in het bezit van alle papieren die je mogelijkerwijs ook maar misschien eventueel nodig zou kunnen hebben om auto te mogen rijden.

Ik stopte keurig voor mijnheer de agent en draaide mijn raampje open. Ja, en wat zeg je dan op zo'n moment? Het enige dat ik kon bedenken was: "what seems to be the problem, officer?" Uiteindelijk zei hij gewoon: "goedenavond" en antwoordde ik hetzelfde.

Toen zag ik het blaasapparaat in zijn hand en schrok. Want ik wist helemaal niet hoe dat moest: blazen. Moest ikzelf het apparaat vastpakken, of zou hij het vasthouden? En hoe lang moest het eigenlijk? Zou hij me waarschuwen of moest ik doorgaan tot ik een piepje hoorde? "Belachelijk, dat ik me daar druk over maak", dacht ik terwijl ik blies en de agent het apparaat vasthield. "Ik blaas gewoon tot ik niet meer kan of totdat hij stop zegt".

En hij zei stop. En ik kreeg een 'P'. Van Prima, zei hij er nog bij. Ik glunderde van trots. Alsof ik nog niet wist dat ik niet gedronken had.

Goud



Steeds weer opnieuw moet ik kijken. Naar die race. Die spanning en die opluchting.

I love The Olympics.

zondag 19 februari 2006

Bah

Ik moet studeren. Ik moet stofzuigen. Ik moet de vaatwasser uitruimen. Ik moet de kattebak verschonen. Ik moet het glas wegbrengen en ik moet Bo uitlaten. Ik moet ik moet ik moet.

Maar ik wil niet. Ik ben boos. Onredelijk en redeloos boos. Op mezelf, op W. en zelfs op Bo.

Dan weet u dat, he. Ik ben dus boos. Gaat wel weer over.

vrijdag 17 februari 2006

Rebound

Ik ben geen rebound-meisje. Het einde van een relatie verwerk ik alleen, in afzondering. Of in ieder geval in afzondering van het andere geslacht. Of ja, in ieder geval niet in een andere relatie. Naar mijn idee zou dat afbreuk doen aan mijn ex-relatie. Het zou dan zijn alsof die nooit wat heeft voorgesteld. En dat is niet zo. Het heeft zeker wat voorgesteld. Ik heb lang gedacht dat hij Het was. Dat hij de man van mijn dromen was en dat wij met onze rollator tikkertje zouden spelen in het bejaardentehuis. En om dan nu zomaar in de armen van een ander te vallen, dat kan ik niet.

Maar ik voelde twee dagen geleden wél opeens een soort van vlindertje. Iets deed 'hups' in de buurt van mijn hart. En nog wel tijdens een zitting. Voor mijn advocaat-wederpartij. Die getrouwd is en een kind heeft. Ik zou er dus nooit iets mee doen. En verliefd ben ik ook helemaal niet. Maar dat 'hupsje', dat voelde wel fijn.

M.: het was 'm wel hoor. Van A.

*schaam me diep*

zondag 12 februari 2006

Flink zijn

Het gaat best goed met me. Heus. Ik doe leuke dingen. Probeer te genieten. Maar vandaag wil het niet zo lukken. Tranen. Steeds weer opnieuw. Ik kan ze niet tegenhouden, dus help ik ze maar een handje. Met mijn jankliedje allertijden, "Flink zijn" van Paul de Leeuw.

Welk liedje werkt bij jou op je waterlanders?

tis toch een lifelog

"Mweuhaahgrhh". Dat was het eerste dat ik vandaag zei. Ik herkende meteen de tekenen van een kater: een bonkend hoofd, een tong van leer en een samentrekkende maag. "En waarom ben ik eigenlijk wakker?", zei ik hardop. Het antwoord kwam van rechts. Bo zat kaarsrecht op mijn bed en sloeg ritmisch met zijn staart. Alsof hij wilde zeggen: "Voor mij! Je bent wakker voor mij! Want nu gaan we lopen! Kom, kom, kom!!" Of dan toch in ieder geval iets van die strekking.

En dat zijn dan van die momenten. Dat je niet zo heel erg blij bent met je hond. Dat je helemaal niet blij bent met je hond. Dat je aan een bos zou willen wonen en alleen de deur maar open zou hoeven zetten. Maar nee, ik woon in de stad en het veldje ligt aan een drukke weg. Met een trage pas - bij elke stap galmde het in mijn hoofd - liep ik er naartoe. Roken hoefde ik even niet en dat wilde wat zeggen.

Thuisgekomen dook ik meteen weer in bed. 5 uur later werd ik voor de tweede keer gewekt door de tikkende staart van Bo. Tjongejonge, moest ie nu alweer? Ik was net toch nog met 'm geweest? Langzaam stond ik op en verzuchtte met veel gevoel voor drama nooit meer te drinken. Maar geloof me, zelfs ik neem me op dat moment niet serieus. En terecht, want nog geen 10 uur later nam ik alweer het volgende wijntje. En daar heb ik het wijselijk maar bij gelaten.

vrijdag 10 februari 2006

alle begin is moeilijk.

Ik rook sinds mijn 17e. Toen ik ermee begon rookte ik alleen op feestjes en partijen. Al snel kwam de sigaret na het eten erbij en binnen een paar maanden zat ik stabiel op een pakje per dag. Mijn conditie zakte daarmee naar alarmerende hoogte. Of laagte, beter gezegd. Maar ook voordat ik rookte had ik al een conditie van een bejaarde - alhoewel die vergelijking een beetje mank loopt nu mijn moeder als rechtgeaarde bejaarde vier keer per week sport en een betere conditie heeft dan ik toen had, maar dat geheel terzijde - en bungelde ik bij de Coopertest getrouw achteraan.

De combinatie van dat roken en een slechte basisconditie maakte dat ik nooit echt een sporter ben geweest. Af en toe zat er een jaartje tussen dat ik fanatiek sportte, maar ik haakte telkens weer af na bv. de kerst, of een vakantie of een andere legitieme reden waardoor ik mezelf wijsmaakte dat het écht niet uitkwam om te sporten. Voordat ik het wist gingen er dan maanden voorbij zonder dat de sportkleren uit de tas kwamen en van lieverlee legde ik de sportkleren dan maar weer gewoon in de kast. Niets zo confronterend als een sporttas die uitnodigend in de gang staat.

En nu is die periode weer aangebroken dat ik moet van mezelf. De aanschaf van de Ipod (en jawel, het koosnaampje is er: m'n Podje) heeft hierin zeker bijgedragen. Afgelopen zaterdag belde ik dan ook naar een sportschool om voor gisteren een intake af te spreken. Ik zou een instructieles krijgen, en een fitheidstest en nog meer van die goede en gezonde dingen. De les was gepland om 21.00 uur en vanaf 19.00 uur begon ik al uitvluchten te bedenken: "het is toch wel erg duur, he, € 100,-- voor zo'n starterspakket". Nee CeeBee, je gaat. "En het is ook wel erg laat he, 21.00 uur". Nee CeeBee, je gaat. "Maar als ik nu gewoon ga hardlopen, dan heeft Bo er ook wat aan, want die moet ook afvallen". En toen viel mijn geweten even stil. Kennelijk maakte ik daar een punt.

Het telefoontje naar de sportschool was daarna snel gepleegd en opgelucht nam ik plaats achter Lappie. Pfoeh, was ik me daar toch bijna gaan sporten. Driftig ging ik Podje vullen met muziek, want als je 4 GB hebt moet je ze ook benutten. Ik nam er nog net geen glaasje wijn bij, die tegenwoordigheid van geest had ik dan nog wel.

Een paar uur en 2 GB later trok ik de stoute (sport)schoenen aan en ging lopen. Ik ging hardlopen, poehey. Ik had er bijna zin an, maar toch niet echt. Een kwartier later stond ik alweer hijgend voor mijn deur. Valt nog niet mee, dat hardlopen. En dan te bedenken dat ik van die 15 minuten er 10 heb gewandeld. Alle begin is moeilijk, zou mijn moeder zeggen.

N.B. Ik volg het schema voor de absolute beginners. Ja, lach maar, ik hou het maar 1 minuut vol. Met moeite.

woensdag 8 februari 2006

girlpower? Neuh...

Samen met mijn moeder zette ik twee weken geleden mijn tafel in elkaar. Het was in een poep en scheet gebeurd. "Who needs men", zeiden we nog tegen elkaar.

Wat alleen vervelend was, was dat bij het schoonmaken steeds watervlekken achterbleven op het blad. Hoe ik ook boende en wat voor materiaal ik ook gebruikte, steeds weer zag je er strepen op. Ik maakte me nog niet echt zorgen erover, ik zou het juiste spul nog wel vinden. En tot die tijd was ik toch nog wel in mijn nopjes met mijn eigen grote-mensen-tafel.

Vandaag kwam O. bij me eten en ik vertelde hem mijn strepenprobleem. Gelijk voelde hij aan de onderkant van het blad en zei: "hij ligt ook verkeerd erop". We draaiden hem om en toen zag ik het ook. Nu heb ik een mooie glanzende tafel, zonder strepen. Maar het schaamrood staat me wel op de kaken. Who needs men? Nou ik dus:)

dinsdag 7 februari 2006

Nono, don't touch my Nano

"Zal ik je blij maken?" vroeg E. toen ze binnenkwam.

Met de handen in de lucht riep ik: "ja! Altijd!"

En ze maakte me blij. Want in haar hand had ze een pakketje van UPS: mijn Ipod Nano. Ik krijg spontaan zin om te hardlopen. En geloof me, dat is niet normaal voor mij.

maandag 6 februari 2006

Freek (3)

Ik vloekte niet eens, toen ik het zag. En het verbaasde me ook niet, wat ik zag. Hij was weer lek, of in ieder geval hard op weg om lek te worden. Mijn nieuwe band. Gelaten stapte ik in de auto en reed naar het tankstation. Om daar voor de derde keer dezelfde band op te pompen.

Vanochtend ging ik dus maar weer langs mijn vrienden van Kwik Fit. Ik was rustig en vriendelijk en vertelde wat er aan de hand was. Ik had deze keer geen zin in een machtstrijd. Ik zou ze zelfs betalen voor het herstellen van hun werk, als ze erop stonden.

Toen ik vanmiddag de auto ging ophalen stond de garageman al klaar met mijn sleutels. Ik hoefde niets te betalen. Vriendelijk vertelde hij wat ze hadden gerepareerd. Hoe ze hun best hadden gedaan en dat hij verder geen problemen meer verwachtte. Hij boog nog net niet als een knipmes.

Ik heb ze klein gekregen, de mannen van de Kwik Fit.

zondag 5 februari 2006

metallic

Nadat ik mijn huis van nieuwe meubels had voorzien, moest er geverfd worden. Al tijden riep ik dat de muur in de eetkamer fuchsia zou worden en gisteren liep ik in de Gamma dan ook meteen op die kleur af.

Vreemd genoeg rekende ik 10 minuten later een hele andere kleur af. Metallic beige. Impulsief, zo zou je het kunnen noemen. Lekker spontaan, kan ook. Of misschien gewoon stom en ondoordacht.

Want toen ik vanmiddag het eerste deel van de muur met verf bestreek, sloeg mijn hart een slag over. Wat was het donker! Het was gewoon donkergrijs! Het was helemaal niet mooi! Ik besloot toch maar door te zetten en maakte de muur af. Het afgelopen uur ben ik al 25 keer gaan kijken en de muur trekt toch wel aardig op. De metallic verf geeft het glans en de kleur neigt naar goud. Of zilver.

Maar God-o-god (of Allah-o-Allah, daar wil ik van af zijn) ik hoop dat ik er goed aan heb gedaan. Ik ga nog maar eens een keer kijken..

Update. Het is toch zilver:


zaterdag 4 februari 2006

wat er gebeurde bij het ochtendgloren

Met dank aan Casaspider, iets met RSS en een reader, volgt hier mijn oude logje weer. Maar mijn vorig logje, waarin ik zei dat dit logje was verdwenen, is nu ook verdwenen.... Ik heb voor de zekerheid mijn paswoord maar gewijzigd..

Als ik 's ochtends wakker word, danst Bo altijd van ongeduld om me heen. Hij wil naar buiten en wel meteen. Hij moet plassen en wil niet langer wachten. De 2 minuten waarin ik eerst zelf plas en mijn lenzen indoe zijn voor hem dan ook een kwelling.

Om die kwelling voor hem niet onnodig lang te laten duren haast ik me. Alles gaat snel snel. Ik graai mijn jas van de kapstok en samen rennen we dan naar buiten. En zo gebeurt het dat ik 5 minuten na het horen van de wekker al op het plas -en poepveldje sta.

Gisteren was een dag als alle anderen. Slaperig stond ik op het veldje en keek naar Bo die in de bosjes verdween. Ik stak een sigaret op. Uit het niets stond er iemand naast me. Een man. Een enge man. Een enge man op een fiets.

"Hoe heet ie?"
- "Bo"

"Hoe heet jij?"
-"Cee"

"Heb je een vuurtje?"
-"Ja"

"Mooi lijf heb je."
- ......

"Lekker warm."
-"Boooooo, kommmmm hiiiiiieeeeerrrrr"

Als bij een wonder luisterde Bo meteen bij het eerste bevel. Met een rotvaart kwam hij uit de bosjes. Ik besloot dat dit het einde was van de ochtendplas en van het gesprek.

"Ik ga naar huis. Dag"
- "Ik wil je vriend zijn Cee."

- .....
"Ik vind je aardig Ceetje."

- .....
"Kom nou toch, Cetie."

En zo liepen we gedrieen richting mijn huis. Bo en ik naast elkaar. De man erachter op de fiets. Steeds voerde ik mijn tempo op en steeds volgde de man. Hij besloot het niet op te geven en begon te schreeuwen

"Ceeeeeeeetje!!"
- .....

"Heee, Cetie. Ik ben echt geen stalker hoor. Ik wil je vriend zijn. Ik vind je aardig!!"
- .....

Op de hoek van mijn straat besloot ik nog maar een extra rondje te lopen. Ik wilde niet dat hij wist waar ik woonde. In een zijstraat begon ik te rennen en dook een steegje in. Ik zag hem voorbij fietsen, al schreeuwend:

"Ceeeeeeeeeeeeeeeetje, kom nou toch!"

Hartkloppingen in de vroege ochtend.

donderdag 2 februari 2006

Freek (2)


"Dat kan niet mevrouw. Wieldoppen vallen er niet zomaar af"

- "Dat begrijp ik. Maar toch zat ie erop toen ik hier gisteren wegreed. En toch was ie weg toen ik thuiskwam. En omdat jullie gisteren die band hebben gerepareerd, lijkt het me logisch dat jullie 'm niet goed bevestigd hebben".

"Maar toch kan het niet mevrouw. De wieldop wordt bevestigd met de bouten van het wiel. Hij kan er dus niet zomaar afvallen".

- "Dat begrijp ik. En dus hebben jullie 'm niet goed bevestigd. Anders zat ie er nog wel op"

"Ik zal het u even laten zien mevrouw. Kijk, de bouten zitten er doorheen. Hij kan er dus niet afvallen."

- "Dat begrijp ik. Maar omdat ie dus niet meer op zit, betekent dat dat jullie je werk niet goed hebben gedaan."

" Mevrouw, kijk nou toch eens. Het kan gewoon niet. De andere wieldoppen zit hartstikke vast.

Op dit punt sloeg ik de handen dramatisch in de lucht en ging ik over tot lichte stemverheffing. Toen ook dat niet werkte restte mij niets anders dan hysterisch gekrijs: "Ik ga nu g*dverd*mme naar mijn werk. Ik laat de auto hier en als ik vanmiddag terugkom zit er een andere wieldop op".

Ik zag 'm zwichten. Met afgezakte schouders liep hij de garage in en kwam terug met een nieuwe wieldop. Toen ik zojuist keek zat ie er nog steeds op.

woensdag 1 februari 2006

Freek

Uit mijn relatie met W. heb ik een aantal dingen van hem overgenomen. Zo ook zijn gewoonte om voorwerpen een naam te geven. Onze eerste auto - een Renault 5 - noemde hij Jimmie. Vraag me niet waarom, het was gewoon zo. Onze huurauto in Spanje was een uit de kluiten gewassen bolide en werd daarom Big Jim gedoopt. En toen mijn Peugeot zijn intrede deed noemde hij 'm Freek. And Freek it is.

Vandaag bracht ik Freek weer naar mijn vrienden van de Kwik Fit. Met mijn meest assertieve blik stormde ik de zaak binnen en bevool de garageman tot reparatie van mijn band over te gaan. Helaas was hij niet onder de indruk van mijn optreden. Zijn enige reactie was: "misschien bent u over een spijker gereden?". Ja, natuurlijk, ik rijd dagelijks door spijkers. Sterker nog, ik leg iedere ochtend een spijkermat in mijn straat en rij daar dan overheen. Puur voor de lol. Dat zei ik natuurlijk niet, ik keek de man alleen stuurs aan en draaide me op mijn hakken om. Ik zou me potverdorie niet laten piepelen.

Een paar uur later kreeg ik een telefoontje dat ik Freek mocht ophalen. Voor de reparatie hoefde ik niets te betalen en tevreden met mezelf reed ik naar huis. Toen ik uitstapte keek ik voor de zekerheid nog maar eens naar mijn banden. En zag dat ik ergens onderweg een wieldop was verloren.

Vakwerk hoor, bij Kwik Fit.

Lappie online

Geef mij een handleiding en ik volg 'm naar de letter. Ik bedenk niet hoe het anders, beter of sneller kan. Ik doe wat er staat. Niet meer, niet minder.

Toen ik gisteren de handleiding van Lappie las, deed ik dus precies wat er stond. De plug van het modem moest in het linkergaatje. Niet in het rechtergaatje, want op de tekening stond daar een dreigend rood kruis doorheen. Ik haalde het dus het niet in mijn hoofd om het daar te proberen.

Vriend O. zei dat ik dat toch maar eens moest doen. Ik sputterde nog wat tegen: "ja, maar... dat staat niet in de handleiding!", maar deed het uiteindelijk toch. En zie hier: het werkt. Mijn Lappie is online! Ik ben er helemaal opgewonden van, ik kan er niet van slapen.

Dat laatste wordt overigens ook veroorzaakt door de lekke band die Freek de Peugeot heeft. De lekke band die ik vandaag notabene heb laten vervangen door mijn vrienden van Kwik Fit. Hufters zijn het. 65 euro vragen voor een nieuwe band die dezelfde avond al lek is.