CeeBee

zaterdag 21 februari 2009

Sleepless in Wijk

Ik ben altijd 'bang alleen' geweest. Bang om alleen thuis te zijn dus. Bij mijn ouders thuis liep ik dan liever niet op de trap, uit angst bij mijn enkels gegrepen te worden. Eenmaal in bed keek ik met opengesperde ogen uit naar enge mannen, monsters of spoken. En als ik ze niet zag - wat dus altijd zo was - dan was ik ervan overtuigd dat ze zich gewoon heel goed verstopt hadden. Voor het slapen gaan moest ik steevast alle kasten in alle kamers doorzoeken, op diezelfde mannen, monsters of spoken, voordat ik kon slapen. En zelfs dan nog niet met de rug naar de deur, want je wist maar nooit. Overigens vroeg ik me wel altijd af wat ik zou doen áls ik een keer iemand trof op zo'n zoektocht, maar het antwoord daarop is me gelukkig bespaard gebleven.

In mijn studententijd sliep ik zelden alleen. Wel in bed - you dirty minds - maar zelden alleen thuis. Er was altijd wel iemand, of het huis was zó groot dat het niet te doen was om het te controleren op aanwezige huisgenoten. In die gevallen ging ik er veiligheidshalve van uit dat er nog anderen waren. En sliep als een roos.

Tot slot dan de periode 'koophuizen'. Ook in mijn vorige huis was ik zelden of nooit alleen thuis, omdat ex W. meteen bij me introk. En als hij er eens niet was, dronk ik genoeg wijn om in een comateuze toestand te vallen, om van daaruit in slaap te vallen. Uiteraard geen ideale oplossing, maar wel een oplossing. Na een paar jaar werd lief-W mijn ex-W en woonde ik alleen. Nachtenlang sliep ik niet, of amper. Helaas was mijn fantasie sinds mijn kindertijd iets uitgebreid, want ik zag keer op keer een meisje uit een tv kruipen (The Ring), of een eng jongetje op de trap staan (the Grudge) of een geest rond mijn bed zweven (6th sense). Ik zag en hoorde voortdurend iets en kon alleen slapen met zowel Max de kat en Bo de hond bij me in bed. En zelfs dan werd het meestal een uurtje of 4.

Maar uiteindelijk wende ik eraan. Na een paar maanden dan. Ik dacht dan aan al die vrouwen die ook alleen woonden en die ik niet hoorde zeuren over hun enge fantasietjes. Ik wende aan de geluiden, ging consequent te laat naar bed - zodat uitputting een handje zou helpen - en dronk steevast meer dan goed voor me was. En na een jaar ging het alleen-slapen me soepel af en dacht ik er niet meer over na. Maar toen kwam B. en in een mum van tijd was alleen-slapen weer een uitzondering.

In die tijd dacht ik al met angst en beven aan mijn grotemensenhuis waar ik ooit in zou wonen en waar ik geheid een nachtje alleen zou moeten doorbrengen. Hoe moest ik al die kamers dan controleren? Vriendin K. woonde in die tijd al in haar groterdangrotemensenhuis en sliep soms weken aaneen alleen vanwege een in het buitenland werkende vriend. 'Mij niet gezien', dacht ik toen al, denkend aan al die verdiepingen met kamers en knieschotten. Ideale plekken voor enge mannen, dacht ik zo.

En nu zit ik dus zelf in zo'n grotemensenhuis. Alleen. Afgelopen nacht heb ik voor de tv doorgebracht, in de huiskamer, bij de hond. Om half vijf sliep ik van pure ellende even in en werd zojuist door die zelfde hond wakker gemaakt. Ik blijf nu gewoon wakker tot het licht wordt.

Slaapt wel zo lekker.