CeeBee

woensdag 4 april 2007

B.(5)

Ik wist dat hij niet online zou zijn, want hij had 'dingen te doen'.
En dus zette ik mijn computer niet eens aan.
En zette ik mijn telefoon uit. Niet 'stil', maar daadwerkelijk 'uit'.

Ter zelfbescherming. Zodat ik niet steeds zou kijken. Of hij al online was. Of er een berichtje was.
Met de grootst mogelijke zelfdiscipline hield ik het vol. Totdat ik zojuist wilde slapen en ik mijn mobiele aanzette. En alhoewel ik erop hoopte schrok ik toch van het harde gepiep, als teken van een berichtje. Ik sprak tegen me zelf dat het een berichtje van K. kon zijn. Of van C.,C., M., O., of W. of wie dan ook. Het hoefde niet van hem te zijn. Ook al wilde ik het zo graag.

Maar het was wel een berichtje van hem. Een heel simpel berichtje, van vier woorden. Vier woorden die mijn frons lieten verdwijnen. En me deden grijnzen.