CeeBee

maandag 27 juni 2005

krater in hand

Ik heb nooit met geld om kunnen gaan. Op mijn 15e stak ik mij al in de schulden en op mijn 32ste doe ik dat nog steeds.

Na mijn afstuderen keek ik tegen een schuld aan van 40.000 gulden. Ik vond geen baan en als uitzendkracht verdiende ik zo'n 1.500 gulden netto per maand. 800 daarvan verdween direct naar de bank. Als ik al mijn lasten had betaald, had ik nog 100 gulden over. En daarvan moest ik dan eten, drinken, roken, kleren kopen en bellen. Dat lukte niet, dus ik betaalde simpelweg niet alle lasten. Een mens moet toch roken, niet?

Mijn ouders hebben tijdens mijn studie altijd gedacht dat ik met geld om kon gaan. Ik werkte toch? En ik had toch hun bijdrage? Groot was dan ook de schrik toen hen duidelijk werd dat ik naast mijn loon en hun bijdrage, óók nog een volledige lening van de IBG had. Dat ik daarnaast ook nog een lening bij de bank had, heb ik hen jaren later pas durven te vertellen.

Na de preek (zo hebben we je niet opgevoed, wij moesten vroeger elk dubbeltje omdraaien etc. etc.) deden zij wat ouders doen: zij namen de schuld over en ik betaalde hen zonder rente terug.

Vier jaren geleden betaalde ik mijn laatste aflossing aan hen en god o god, wat was ik blij. 800 gulden per maand erbij! Ik wist zeker dat ik nu wel rond zou komen. Het duurde nog geen jaar of ik stond weer rood.

Twee jaren geleden kocht ik een huis. Uit de hypotheek lostte ik mijn schulden af en wederom was ik schuldenvrij. Ook deze keer duurde het nog geen jaar voordat de eerste lening werd afgesloten.

Het is 2005. Het vakantiegeld is gestort en ik shop als een wilde in het rond. In 4 uur tijd maak ik 400 euro op. Ik stop alleen maar met shoppen omdat ik mijn tassen niet meer kan tillen. Ik overweeg om deze even in de auto te leggen, om zo met vrije handen ronde twee in te gaan. Mijn laatste restje gezond verstand weerhoudt mij hiervan. Ik stap in de auto en rij naar huis.

Het is 27 juni 2005 en check voor de zekerheid mijn rekening. Als alle lasten zijn betaald, hou ik nog € 200,-- over. Gelukkig hoef ik daar niets anders van te doen dan te shoppen. Dat is dan weer het verschil met vroeger.